Zeg wordt het niet eens tijd?
Zeg, wordt het niet eens tijd?
Ze weet het al zo lang ze zich kan herinneren: ze wil moeder worden. Vroeger speelde ze met poppen en als haar gevraagd werd wat ze later wilde worden, was haar antwoord altijd ‘mama’. Toen ze wat ouder werd, ging ze oppassen en deed dat uiteraard met een ongekend gemak. Zo’n meisje waarvan iedereen weet: een moeder in de dop.
Een echte moeder weet immers al van jongs af aan dat dat is wat ze wil zijn: moeder. Als een soort oergevoel. Een diep verlangen naar het moederschap.
Maar is dat eigenlijk wel zo? Of is dat hoe we als maatschappij naar de kinderwens kijken of vooral willen kijken. Hoe werkt het dan als je dat diepe verlangen niet al van jongs af aan bij je draagt? Als je niet zo goed weet of je een kindje zou willen. Als je denkt dat je het misschien wel leuk zou vinden om moeder te worden, maar onzeker bent geworden omdat je dat oergevoel niet hebt. En hoe weet je eigenlijk hoe het zit met je kinderwens en wanneer je klaar bent voor kinderen?
In het romantische beeld begint het vaak met een gevoel: een soort warm gevoel wanneer je nadenkt over een kindje of wanneer je een baby ziet. In de volksmond hebben we het dan over de rare term rammelende eierstokken. Natuurlijk rammelen je eierstokken niet echt. Volgens biopsycholoog Estrella Montoya is dit vooral een sociaal concept. Uit haar onderzoek blijkt dat er twee factoren zijn die de kinderwens aanwakkeren: tijdsdruk en fear of missing out (FOMO). Als je op een bepaalde leeftijd komt, merk je dat er steeds meer mensen om je heen kinderen krijgen. Vaak komen dan ook vragen als: ‘Willen jullie geen kinderen?’ of ‘Wordt het niet eens tijd om aan kinderen te beginnen?’ Dit soort vragen of verwachtingen wakkeren een gevoel van tijdsdruk aan.
Maar tja het romantische beeld, heet niet voor niets romantisch. Dat is een droomwereld, een ideaalplaatje en staat vaak ver af van de werkelijkheid. Ik zie in de praktijk ook veel vrouwen die twijfelen. Wel rammelende eierstokken, maar niet overtuigd of dit is wat ze willen. Of er is een belemmerende angst. Kan ik dat wel moeder zijn? Durf ik het aan in deze veranderende wereld? Wat betekent het voor mijn carrière, mijn relatie. Oftewel voor mijn leven. Het is een emotionele keuze, maar vaak wegen ook rationele keuzes mee.
Hoe doe je dat eigenlijk een keuze maken voor wel of geen kinderen. We weten toch eigenlijk helemaal niet waar we voor kiezen? Hoe je leven er uit gaat zien als moeder.
En hoe zit het eigenlijk bij onze mannen? Er wordt nooit gesproken over rinkelballen of knetterende zaadleiders, om maar eens een mannelijke variant te bedenken. Terwijl uit onderzoek blijkt dat de kinderwens bij mannen piekt rond hun 30e jaar en dat mannen er last van hebben als deze kinderwens om wat voor reden dan ook onvervuld blijft. Het lijkt er dus op dat mannen en vrouwen hierin niet zoveel van elkaar verschillen.
Uiteraard is iedereen anders. Er zijn mensen zoals ik hierboven beschreef, met een hele sterke kinderwens. Maar er zijn ook mensen die geen kinderwens hebben. En er is een groep die het (nog) niet zo goed weet. Bij wie de kinderwens misschien wordt aangewakkerd door tijdsdruk of doordat je ziet bij anderen in je omgeving hoe bijzonder zij het vinden met een kindje. Ook zijn er veel vrouwen die geen sterke kinderwens voelen, maar wel voelen dat een kind hun leven zou verrijken. En er zijn ook vrouwen die vooral met hun hoofd bedenken dat de omstandigheden dusdanig zijn dat een kind past in hun leven (stabiele relatie, fijn huis, leuke baan, de ‘juiste’ leeftijd).
Waar het hier om gaat, is dat dit allemaal normaal is. Niet alleen het stereotype van de rammelende eierstokken of de kinderwens als oergevoel, maar ook al die andere varianten. Het nare is dat je zo ontzettend onzeker kunt worden als het voor jou anders voelt dan ‘de standaard’. Je kunt zelfs het gevoel krijgen dat je geen geboren moeder bent, omdat je niet voldoet aan het stereotype beeld in je hoofd. En die onzekerheid kan best even aan je blijven plakken en je in de war brengen over wat je nu echt wilt.
Daarom stel ik voor aan de huidige generatie vrouwen en (aankomend) moeders: deel het echte verhaal over hoe dit voor jou was of is. Met welke vragen of twijfels jij worstelt. Zodat we kunnen stoppen met het idee van de geboren moeder en het idee dat iedere vrouw op een gegeven moment te maken krijgt met rammelende eierstokken. En als we dan toch afspraken aan het maken zijn; zullen we dan ook afspreken dat we stoppen met elkaar te vragen of het niet al eens tijd is om aan kinderen te beginnen?