Sander Voesten, auteur van het boek dubbel gevoel, over zijn start als vader.
Sander Voesten, auteur van het boek dubbel gevoel – als babyblauw zwart blijkt te zijn, heeft een duidelijke missie, namelijk het bespreekbaar maken van nare gevoelens en gedachten die gepaard kunnen gaan met het ouderschap. Hij heeft zelf een heel duidelijk gat ervaren tussen zijn verwachtingen en de realiteit en heeft hier flink mee geworsteld. Hij hoopt dat deze worstelingen andere vaders bespaard blijft door er eerlijk over te zijn.
Geen overspoelende liefde Na een lang IVF-traject die gepaard ging met de nodige hobbels raakte zijn vrouw in verwachting van een tweeling. Sander ging trouw mee naar alle controles en probeerde zijn vrouw, met name praktisch, zo goed mogelijk te ondersteunen. Een geplande keizersnede, die Sander een operatie noemt en geen bevalling, maakte hem in één klap vader. Hoe hij zich op dit moment voor had kunnen bereiden weet hij niet precies, wel weet hij dat iedereen benadrukte dat wanneer hij zijn kindjes voor het eerst vast zou houden, hij overspoeld zou raken door liefde. Hij vertelt dat niets daarvan het geval was voor hem. Sterker nog, hij voelde helemaal niets. Met één van de baby’s ging het na de bevalling niet goed. Dit ging gepaard met een grote schrik en veel zorgen op dat moment. ‘Een overweldigende bezorgdheid was er wel,’ zegt Sander, ‘maar een overspoelende liefde ontbrak.’ Sander en zijn vrouw kwamen thuis terecht in een periode van slapeloze nachten en waren op den duur de wanhoop nabij. ‘Iedereen doet het, dus hoe zwaar kan het zijn?’ was de gedachte. ‘Het was helemaal niet romantisch en gezellig, het was alleen maar werken.’
Ik wil ze weg Sander benoemt dat zijn gevoelens verder omsloegen. ‘Ik ging van helemaal niets voelen, naar ik wil ze helemaal niet, naar ik wil ze weg.’ Sander schrok van dit gevoel. ‘We zijn door de hel gegaan om ze te krijgen en nu voel ik dit?’ Hij voelde zich schuldig richting zijn vrouw, de baby’s, maar ook naar andere ouders die in een IVF-traject zaten en nog niet in verwachting waren. Het spreken over zijn gevoelens met de kraamverzorgster was helpend. Zij gaf aan dat ze dit eerder had gezien. Hij was dus niet de enige. Hij was niet gek. Wat een opluchting.
Hij bevond zich echter nog steeds in de overlevingsstand. Later bleek dat 1 van de baby’s een koemelk allergie en verborgen reflux had. Hier kwamen ze achter na lang aandringen en hulpvragen bij diverse hulpverleners en medici. Er kwam enige verlichting door de ingezette hulpmiddelen en het ging wat beter. Desondanks ging gevoelsmatig het eerste levensjaar van de kinderen maar niet voorbij. Sander en zijn vrouw vierden enkel de eerste verjaardag van de kinderen met een lunch met z’n tweeën, waarbij ze vooral vierden dat het eerste jaar voorbij was.
Het moment Na 1,5 jaar, kwam het moment. Het moment waarop Sander lange tijd naar uit had gekeken, maar zich tegelijkertijd afvroeg of het wel zou komen. Hij voelde de intense liefde toen hij met 1 van zijn kinderen door de kamer danste. Hij beschrijft het alsof de liefde uit zijn huid ontplofte en beschrijft het als iets magisch. Hij was dus niet gek.
Patrescentie? Sander begon in de periode erna dingen voor zichzelf op te schrijven om deze heftige periode te verwerken. Hier is zijn missie, en dus zijn boek, ontstaan. Sander wenst dat (aanstaande) vaders alles bespreekbaar kunnen maken van wat er komt kijken bij het vaderschap. Voor vrouwen is er een begrip voor deze transitie, namelijk de matrescentie. Een begrip als patrescentie bestaat niet, wat op zich al zeer opvallend is. Sander geeft aan dat hij zich sterk heeft verbaasd over het gat tussen zijn verwachtingen vooraf en de realiteit waar hij in terecht kwam. Hij hoopt dat zijn boek erkenning en steun kan bieden aan vaders, maar ook een opening kan bieden tot een gesprek.
Ook oog voor de partner Daarnaast hoopt Sander dat hulpverleners en medici meer ruimte gaan creëren voor de mentale impact van de transitie naar het ouderschap. Elke hulpverlener moet zich elke dag opnieuw beseffen dat er twee mensen in de kamer zitten, de zwangere en diens partner, aldus Sander. Het is logisch dat er veel aandacht naar de vrouw gaat, maar voor de partner is het net zo goed een hele grote transitie naar het vaderschap.’ Als Sander informatie had gehad over de eventuele aanwezigheid van deze nare gedachten en gevoelens, had hij zich naar eigen zeggen niet zo eenzaam en gek gevoeld.
Zijn boodschap Kortom, Sander heeft sterk geworsteld met de transitie tot het vaderschap en wil zijn ervaringen gebruiken om andere vaders te helpen en hen het vertrouwen geven in een goede uitkomst. Zijn boodschap voor andere vaders: ‘je bent niet alleen, het komt goed, het kan alleen heel lang duren.’ Dit vertrouwen die hij nu naar andere vaders kan uitspreken, voelde hij zelf rondom de geboorte van zijn derde kindje. Hij wist nu wat hij kon gaan ervaren en dat gaf rust. Deze rust gunt Sander iedere vader.
Geschreven door Linda van der Tuin-Zwinkels, GZ-psycholoog MeJa